Kruis in Niemandsland

Neem contact op

VVV Asten
Burg Wijnenstraat 1
5721 AG Asten
Plan je route

vanaf jouw locatie

Vorm en materiaal
Op het kruis in 'Niemandsland' te Asten is een corpus aangebracht. Het herdenkingskruis is geplaatst op een betonnen voetstuk. 

Wijziging
Oorspronkelijk stond het op een driesprong op de grond van de familie Nijssen. Tijdens ruilverkavelingswerkzaamheden in de jaren zeventig werd de weg enigszins verlengd, waardoor het kruis verplaatst moest worden. In oktober 2017 is de rechtarm van het kruisbeeld gestolen. De arm werd in een nabijgelegen maisveld teruggevonden en is weer teruggeplaatst.

De geschiedenis
Het kruis in 'Niemandsland' te Asten herinnert aan de verwoestende strijd die hier aan de rand van het Staatsbos (Dennendijkse Bos) eind oktober 1944 heeft gewoed tussen de bezetter en de geallieerden.

Wanneer men de kom van Liessel verl…

Vorm en materiaal
Op het kruis in 'Niemandsland' te Asten is een corpus aangebracht. Het herdenkingskruis is geplaatst op een betonnen voetstuk. 

Wijziging
Oorspronkelijk stond het op een driesprong op de grond van de familie Nijssen. Tijdens ruilverkavelingswerkzaamheden in de jaren zeventig werd de weg enigszins verlengd, waardoor het kruis verplaatst moest worden. In oktober 2017 is de rechtarm van het kruisbeeld gestolen. De arm werd in een nabijgelegen maisveld teruggevonden en is weer teruggeplaatst.

De geschiedenis
Het kruis in 'Niemandsland' te Asten herinnert aan de verwoestende strijd die hier aan de rand van het Staatsbos (Dennendijkse Bos) eind oktober 1944 heeft gewoed tussen de bezetter en de geallieerden.

Wanneer men de kom van Liessel verlaat, de Zandstraat volgt en vervolgens op het Zand de E-3 oversteekt en even naar links de Pijlstaartweg kiest, dan passeert men een aantal boerderijen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog woonden hier de gezinnen van Helmus Berkers, Cornelis Timmermans, v.d. Wallen, Harrie Nijssen, Frans Hoeben en Toon Klaus. In de herfst van 1944 was dit gebied niemandsland. Nadat Asten in september 1944 was bevrijd door de geallieerden, trok de bezetter zich terug tot achter de Peelkanalen. Wel werd er nog meermalen door Duitse patrouilles tot ver in Asten doorgedrongen. Tijdens één van deze verkenningstochten zijn een aantal Liesselnaren omgekomen toen een achtergelaten munitiekist ontplofte. Ook werd Liessel regelmatig beschoten. Deze situatie duurde van 23 september tot 27 oktober 1944.

Op 27 oktober 1944 werd door de bezetter een gewelddadige tegenaanval uitgevoerd. De families Nijssen en Hoeben waren echter niet gewaarschuwd, waardoor zij niet tijdig konden evacueren. Toen het oorlogsgeweld bij de boerderijen in alle hevigheid uitbarstte, ging Hoeben met zijn gezin in hun schuilkelder zitten. Maar de kelder van Nijssen bood weinig beschutting, aangezien het slechts een plafond van planken had. Vanaf die vrijdagmorgen tot daags voor Allerheiligen werd hun huis meerdere malen getroffen door artillerie. Vanuit het raam zagen de gezinsleden hoe de boerderijen van zowel Frans Hoeben als Cornelis Timmermans in lichter laaie stonden. Ze konden de koeien van hun overbuurman horen loeien terwijl zij omkwamen in de vlammenzee. Het oorverdovend lawaai van inslaande projectielen, het geratel van machinegeweren en ontploffingen die het hele huis deden trillen waren buitengewoon angstaanjagend. De oudste dochter, Nellie, was buitenzinnen. De Rotterdammer Herman Engel, een uit het arbeidskamp achtergebleven onderduiker, was er nog erger aan toe. Radeloos van angst zat het gezin ineengedoken bij elkaar in de kelder. Om een uur of drie, het zal waarschijnlijk de 31ste oktober geweest zijn, ging het er verschrikkelijk aan toe. Tegen het vallen van de avond, tijdens een kortstondige kalmte, raapte Harrie Nijssen de moed bijeen om bij Frans Hoeben te informeren wat hun plannen waren. Zij lieten weten in de schuilkelder te willen blijven. 'Wij moeten hier weg,' zei Harrie, 'want wij hebben geen afdoende beschutting.'

Harrie Nijssen was een godvrezend man. Ten einde raad en met geen andere oplossing voorhanden vertrouwde hij zijn lot toe aan God. 'Lieve Heer,' zo bad hij in zichzelf, 'zo wij hier levend uit deze hel vandaan komen, beloof ik een kruis te plaatsen in Uw naam.' Bij Toon Klaus haalde hij een paard (hun eigen paard lag dood op stal), spande het voor de wagen en laadde wat huisraad erop. Vervolgens haastte hij zich met zijn gezin uit de vuurlinie, weg van de gesneuvelde soldaten die aan de rand van het bos en verspreid over de velden lagen. Duitse soldaten die bij hen in huis verschanst zaten, geboden het gezin richting Meijel te vluchten, want er lagen overal mijnen verspreid. Onderweg hebben de gezinsleden nog meerdere malen dekking moeten zoeken voor blindgangers. Uiteindelijk bereikten ze ongeschonden Meijel. Wel hebben ze enige tijd hun oudste zoon, Jan, in het donker kwijtgeraakt. Hij was door de bezetter gevangen genomen en verhoord. Na deze traumatische ervaring is het gezin Nijssen enkele weken bij familie in Meijel gebleven. Vlak na de oorlog loonde het niet om de boerderij weer op te starten. In 1949 vertrok Harrie Nijssen met zijn gezin naar Canada. Het kruis werd geplaatst, precies op de plek die Harrie had aangewezen. Het droeg geen opschrift, dat heeft hij kennelijk onnodig geacht. Het vertolkte immers een verbond tussen hem en God alleen.

Onthulling
Het monument werd in 1949 ingewijd door pastoor Van Doornmalen van de St. Willibrordus parochie uit Liessel.

Ontwerper:
Type: kruis
Locatie: Het monument is geplaatst aan de Pijlstaartweg (in het voormalig gehucht Hutten) in Asten.  

Locatie