Onderduikerskamp gehucht Moorsel Lierop
In gebied Moorsel in Lierop is het voormalige onderduikerskamp Dennenlust nagebouwd. Leden van heemkundekring De Vonder en Astenaar Gerard Geboers, schrijver van het boek 'Zij woonden een jaar in een bos – 1 augustus 1943-21 september 1944', werkten er weken aan.
In het bos in gebied Moorsel is het rustig. Het bos lijkt niet af te wijken van ieder ander bos. Toch is er één groot verschil: hier woonden zeventig jaar geleden ruim dertig onderduikers.
Het onderduikerskamp Dennenlust werd in 1943 gebouwd om onderdak te bieden aan Haagse studenten die tijdens de Tweede Wereldoorlog gezocht werden door Duitsers.
Op de plek waar het onderduikerskamp volgens Geboers gevestigd was, gingen hij en zeven leden van heemkundekring De Vonder aan de slag.
Met houten palen zijn de verschillende kamers van het huis bij het voormalige onderduikerskamp gemarkeerd.
De keuken …
In gebied Moorsel in Lierop is het voormalige onderduikerskamp Dennenlust nagebouwd. Leden van heemkundekring De Vonder en Astenaar Gerard Geboers, schrijver van het boek 'Zij woonden een jaar in een bos – 1 augustus 1943-21 september 1944', werkten er weken aan.
In het bos in gebied Moorsel is het rustig. Het bos lijkt niet af te wijken van ieder ander bos. Toch is er één groot verschil: hier woonden zeventig jaar geleden ruim dertig onderduikers.
Het onderduikerskamp Dennenlust werd in 1943 gebouwd om onderdak te bieden aan Haagse studenten die tijdens de Tweede Wereldoorlog gezocht werden door Duitsers.
Op de plek waar het onderduikerskamp volgens Geboers gevestigd was, gingen hij en zeven leden van heemkundekring De Vonder aan de slag.
Met houten palen zijn de verschillende kamers van het huis bij het voormalige onderduikerskamp gemarkeerd.
De keuken is direct te herkennen. "Hier, bij het stenen oventje, was de keuken", vertelt Geboers, die een boek schreef over het kamp. "Daarvan is het onderste gedeelte origineel.
Eronder ligt een betonnen vloer die gevonden werd tijdens het uitgraven.
Dat is mijn trots." Geboers kreeg van Jan Been, die er destijds ondergedoken zat, een zelfgemaakte plattegrond.
Op basis daarvan is het huis nagebouwd. Er waren twee slaapkamers; één onder en één op de eerste verdieping. Daarin stonden per kamer acht dubbele bedden. Toen er uiteindelijk zeker veertig onderduikers in het huis waren, werd dat dus nogal krap. Ze werkten toen zelfs met slaapschema's." Ook de voormalige kapel, de gevangenis, de trimbaan, het sportveldje, de wachttorens en zelfs het konijnenhok zijn in het gebied gemarkeerd. Door een bosbrand, niet lang na de bevrijding, is het origineel weggevaagd. "De plaatsen zijn met hout en zand gemarkeerd, omdat we een zo natuurlijk mogelijke uitstraling in het bos wilde behouden", vertelt Geboers.
Recreatief gebied;
Het is bijzonder dat het verhaal nu meer kleur krijgt. Dat is dan ook het doel van het nabouwen geweest: het verhogen van de belevingswaarde." Het project werd opgezet door Rinus Manders van het IVN en heemkundekring De Vonder. Het idee werd vervolgens positief ontvangen bij de gemeente Someren. "Moorsel moet een recreatief gebied worden. Eerder al werd een toeristische onderduikersroute bedacht. Daar sluit het nabouwen van het kamp op aan", vertelt Geboers. Ook de boerderij van de familie Berkers in Lierop, het huidige Boscafe Pastoorke van Moorsel, vervulde een belangrijke rol. "Hier gingen de onderduikers hun schone was, brood en drinken halen", vertelt Geboers. "Die spullen werden klaargelegd in het kippenhok en 's nachts opgehaald door de onderduikers."
Gevonden voorwerpen;
In het gebied bij het onderduikerskamp werd, voordat het kamp nagebouwd werd, archeologisch onderzoek gedaan door de heemkundekring. Onder meer een kruisje van een rozenkrans, een trouwring en zes kogels uit 1938 tot 1942 werden er gevonden.